Ganzen en vossen

De Dierenbescherming is teleurgesteld. Uit de hele discussie rondom ganzen in de Tweede Kamer van de afgelopen twee weken blijkt dat de landelijke overheid (staatssecretaris Dijksma en de Tweede Kamer) geen heil ziet in het extra ondersteunen van duurzame oplossingen die ganzenoverlast kunnen voorkomen. Moties vanuit de SP, PvdD en PVV waarin zij verzoeken om inrichtings- en wetgevingsmaatregelen te nemen, zodat gebieden minder aantrekkelijk zijn voor ganzen, zijn niet aangenomen.
Bij deze maatregelen moet men denken aan zaken als het niet verbouwen van gewassen waar ganzen graag van eten rondom Schiphol, geen natte natuur rondom Schiphol, het gedeeltelijk vergoeden van middelen waarmee boeren ganzen op diervriendelijkere wijze kunnen verjagen en stoppen met de jacht op vossen. Alleen in het kader van vliegveiligheid lijkt er steun te zijn voor diervriendelijkere alternatieven. Zo is gisteren wel een motie aangenomen waarin de overheid verzocht wordt het inzetten van radarsystemen te onderzoeken. Deze worden ingezet om vogelbewegingen te detecteren en deze informatie te gebruiken bij het aanpassen van vliegroutes en vliegtijden. De toegevoegde waarde van deze motie is overigens beperkt, want dergelijk onderzoek vindt nu al plaatst, zo blijkt uit het jaarverslag van de Nederlandse Regiegroep Vogelaanvaringen.
Onderzoek
Naast de overleggen in de Tweede Kamer is er meer te doen rondom ganzen en vossen. Er verschenen recentelijk twee onderzoeksrapporten. Eenwaaruit blijkt dat vossen het broedsucces van ganzen met 65% verlagen. De tweede bevat modelberekeningen die aangeven dat om op het 'maatschappelijk acceptabel' niveau van 100.000 zomerganzen te komen, er over een periode van 5 jaar zo’n 380.000 dieren gedood moeten worden. Een voor de Dierenbescherming onacceptabel aantal.
In het rapport over het doden van dieren is doding door mensen als middel genomen. Als we de gegevens uit de twee rapporten combineren, zouden wij ons zelf niet een hoop tijd en moeite kunnen besparen