Frettenkennis
Fretten zijn kleine langgerekte roofdiertjes met korte poten. Ze behoren tot de familie van marterachtigen, net zoals otters en nertsen. Fretten werden lang gebruikt voor de jacht. Ze zijn goed in het opsporen van konijnen. Ook werden ze gebruikt om muizen en ratten te bestrijden. De fret stamt af van de bunzing, die in het wild leeft. De bunzing leeft alleen, maar de fret kan ook in een groepje leven.
Fretten kunnen zwartbruin, zwart of albino (witte vacht en rode oogjes) van kleur zijn. Ook zijn er kaneel- en zandkleurige fretten. De zwartbruine fretten hebben vaak een donker maskertje, maar er zijn nog veel meer tekeningen mogelijk.
Fretproof
De kamer waar fretten vrij rond mogen rennen moet fretproof zijn. Ze moeten dus niet in plantenbakken kunnen klimmen. Deuren en ramen moeten dicht zijn en er mogen geen plekjes zijn waar ze in kunnen kruipen. Het is bijvoorbeeld gevaarlijk als ze in de wasmachine kruipen. Verder moet de vloer makkelijk schoon te maken zijn, want fretten worden nooit helemaal zindelijk.
Fretten zijn speelse en ondernemende diertjes. Dat maakt ze leuke huisdieren. Voor kinderen zijn ze minder geschikt als huisdier. Ze houden niet echt van knuffelen en hebben veel aandacht nodig. Hun nagels moeten regelmatig geknipt worden en ze moeten ieder jaar naar de dierenarts voor een inenting. Ze willen iedere dag minstens twee uur buiten de kooi kunnen rondrennen. Fretten zijn eigenwijs en kunnen lelijk bijten als je ze pakt terwijl ze daar geen zin in hebben.
Het hok
Fretten kunnen het beste een eigen hok hebben. Buiten de kooi kunnen ze wel met andere fretten spelen, maar dan moeten ze elkaar wel echt leuk vinden. Het hok moet een rustige plek zijn waar de fret kan slapen; zijn eigen veilige holletje.
Het verblijf voor een fret moet vrij groot zijn. Het bodemoppervlak moet minstens anderhalve vierkante meter zijn voor een fret. Fretten houden van plekken waar ze lekker in weg kunnen kruipen. Ook vinden ze hangmatjes leuk. In het verblijf moet een toiletbakje staan met kattenbakvulling. Dat mag niet stuiven of klonteren. De rest van het hok hoeft geen bodembedekking te hebben.
Frettenfamilie
Een mannetjesfret noem je een ram en vrouwtjes noem je moertjes. Je kunt het verschil tussen mannetjes en vrouwtjes makkelijk zien. De mannetjes zijn veel groter. Vrouwtjes wegen gemiddeld 700 gram en de mannetjes wel 1500. Als het vrouwtje gedekt is duurt het 42 dagen voordat de kleintjes geboren worden. De kleine fretjes noem je pups. Er worden er gemiddeld 8 geboren. Ze worden naakt geboren en drinken melk bij de moeder. Ze moeten 8 weken bij haar blijven.
Vrouwtjes die niet gedekt worden kunnen heel ziek worden. Om dit te voorkomen moeten ze gesteriliseerd worden, anders kunnen ze doodgaan.
Voeding
Er is speciaal voer voor fretten, maar je kunt ze ook brokjes voor kittens geven. Fretten zijn vleeseters en mogen absoluut geen fruit of groente eten. Dit kunnen ze niet goed verteren. Als verwennerij vinden ze een gekookt ei erg lekker. Sommige fretten houden ook van gekookte kip. Ook zijn er speciale frettensnoepjes.
Fretten moeten altijd vers drinkwater hebben. Ze drinken het liefst uit een speciaal drinkflesje.
De Dierenbescherming
Er leven veel dieren in Nederland. Dieren in de natuur, zoals vogels en vissen, maar ook huisdieren. Daarnaast houden we dieren voor hun vlees, eieren of de melk.
Helaas gaat het niet altijd goed met de dieren. De Dierenbescherming is een organisatie die zich inzet voor alle dieren die hulp nodig hebben. Hiervoor heeft de Dierenbescherming bijvoorbeeld dierenasielen en rijden onze dierenambulances het hele land rond. En onze inspecteurs houden dieren goed in de gaten. De Dierenbescherming vraagt ook aan de regering om strengere regels en wetten te maken om de dieren te beschermen, zoals wetten over proefdieren.
Weetjes
- Fretten maken soms verstopplaatsen voor allerlei spullen: brokjes, speelgoed, handschoenen enzovoort.
- Fretten houden van knagen op rubber, maar dit kan dodelijk zijn.
- Je kunt fretten niet samen met konijnen of knaagdieren houden. Die worden dan opgegeten.
- Fretten kunnen niet zo goed zien en horen, maar wel heel goed ruiken.
- Fretten kunnen door de kleinste gaatjes ontsnappen.
- Fretten kunnen niet goed tegen extreme temperaturen. Onder de 5 graden is te koud en boven 30 graden is te warm.
Meer informatie
Hier vind je nog veel meer informatie voor je spreekbeurt: