Hitteprotocol veetransport schiet nog ernstig tekort

Door: Bert van den Berg Programmamanager veehouderij

Dit jaar presenteerde Bleker met veel publiciteit een ‘Protocol veetransport bij extreme temperaturen’. Tijdens de afgelopen warme dagen konden we zien waar dit toe leidt. Vroeg in de ochtend als het nog niet zo heet is dieren laden is beter, maar als de veewagen daarna in de snikhete zon in een wachtrij bij het slachthuis stilstaat, of vele uren door de hitte naar verre bestemmingen als Polen of Italië rijdt, komen de dieren alsnog in de problemen.
Als je die hitteproblemen echt wilt vermijden, dan moet je met maatregelen niet wachten tot het 27˚ Celsius is, zoals nu onder het hitteprotocol van de veetransporteurs gebeurt, maar al bij 22˚ Celsius beginnen en veetransporten boven 25˚ Celsius niet meer toestaan, tenzij de transporten gebeuren in volledig klimaat gestuurde veewagens waarin je een voor de dieren passende aangename temperatuur kunt handhaven. Ik roep de veetransportsector dan ook op haar protocol voor veetransport bij extreme temperaturen drastisch aan te passen en echt op verantwoorder transport over te stappen.
Vollopende stallen nopen tot dagelijks veevervoer
Extreme hitte of niet, in de vee-industrie moeten elke dag dieren op transport. Want als ze niet verplaatst worden naar andere stallen of slachterijen – in binnen- of buitenland – dan loopt de hele machinerie vast. Oudere dieren moeten plaatsmaken voor de volgende groep, ook als dit vanwege de hitte eigenlijk niet op verantwoorde wijze kan. Het is de trieste realiteit van de massaproductie.
Als dit één van de achterliggende oorzaken is dat je bij extreme hitte het veetransport niet stil kunt leggen, dan moeten we daar eens naar gaan kijken. Zo zouden stallen tussen het leeghalen en weer vol zetten met nieuwe dieren enige dagen leeg gelaten kunnen worden. Dan creëer je tijd die je bij extreme hitte (of kou) kunt gebruiken om de dieren wat langer in de stal te laten zitten. De rest van het jaar kun je die tijd gebruiken om de stallen tussen het huisvesten van groepen dieren door goed te reinigen en te ontsmetten en zo de ziektedruk en het antibioticagebruik in de veehouderij te verlagen.
Primitief ventilatiesysteem
Een andere vorm van vervoer draagt ook bij aan het voorkomen van problemen bij transport van vee tijdens extreme hitte (of kou). De huidige veewagens zijn wat klimaat in de diercompartimenten betreft uiterst primitief. In feite staan de dieren in deze wagens bloot aan weer en wind.
Veewagens hebben openingen in de zijkant. De wind die daar doorheen komt, verlaagt als de auto 60 tot 80 km rijdt de temperatuur binnen bij de dieren met zo’n 3˚ Celsius. Maar als de veewagen langzamer rijdt neemt dat verkoelingseffect af en als de wagen stopt valt dit verkoelingseffect helemaal weg. Voor transporten langer dan 8 uur moeten veewagens verplicht ventilatoren hebben die ook doordraaien als de wagen stilstaat. Ook dat geeft wat verkoeling in de wagen, al hangt dit wel af van het aantal ventilatoren en de plaatsing hiervan. Minder dieren dicht op elkaar in de veewagens laden helpt ook iets. Maar het is allemaal niet voldoende om met zekerheid hittestress bij de dieren te voorkomen.
Er bestaan al volledig gesloten en klimaat gestuurde veewagens. Deze zijn zo’n 20 tot 30% duurder in aanschaf, maar hierin vervoerde dieren komen, mits je ze niet te lang vervoert, vitaler aan omdat ze onderweg niet aan weer en wind hebben blootgestaan. Gelukkig zie je deze wagens al steeds meer en zijn er veetransporteurs die geleidelijk helemaal op deze wagens overstappen.
Niet wachten met maatregelen tot 27˚ Celsius
De veetransporteurs hebben in hun protocol vastgelegd dat zij pas maatregelen tegen de hitte gaan nemen vanaf 27˚ Celsius. Dat is veel te laat. Dieren als varkens, runderen, schapen en geiten kunnen hun lichaamstemperatuur nog goed constant houden tussen de 5 en 25˚ Celsius. Maar komt de omgevingstemperatuur onder de 5˚ Celsius, dan ontstaat koudestress, komt zij boven de 25˚ Celsius dan ontstaat hittestress. En als deze thermische stress lang aanhoudt kunnen ze hieraan bezwijken.
Op basis van bestaand wetenschappelijk advies van nota bene de Europese wetenschappelijke commissie voor diergezondheid en dierenwelzijn zou je al veel eerder verkoelingsmaatregelen moeten nemen en zou je eigenlijk vanaf 25˚ Celsius niet meer moeten transporteren in wagens met alleen zijopeningen en ventilatoren. Nu gebeurt dit nog volop.
EU regels beschermen onvoldoende
En dat komt omdat je in de Europese verordening ter bescherming van dieren tijdens het vervoer van de aanbevelingen van de wetenschappelijke commissie zeer weinig terugvindt. Deze verordening is dan ook een weinig verheffend compromis geweest tussen de EU-landbouwministers in 2004 die hun oren behoorlijk hebben laten hangen naar de korte termijn belangen van sommige organisaties van veetransporteurs om bijvoorbeeld in de regels geen rekening te houden met de luchtvochtigheid, omdat dit niet nodig zou zijn, technisch ook niet zou kunnen en veel te duur zou worden. Onzin natuurlijk, want bij eendagskuikens kan het wel degelijk, zo leert de praktijk.
In plaats van normen per diersoort, rekening houdend met lichaamsgewicht en luchtvochtigheid is in de EU-verordening voor alle diersoorten alleen bepaald dat de temperatuur in de veewagen gehouden moet worden tussen de 5 en 30˚ Celsius met een tolerantiegrens van plus of min 5˚ Celsius. Maar 30˚ Celsius ligt al ver boven de 25˚ Celsius daarbij dieren hitte stress kunnen krijgen, laat staan dat je daar nog eens 5˚ Celsius boven op doet en transport tot 35˚ Celsius toestaat!
Er is een weg voor beter veetransport
Concluderend kun je stellen dat het winst is dat er dit jaar voor het eerst overgegaan werd op van tevoren afgesproken maatregelen om vee te beschermen tegen uitputting bij het vervoer tijdens een hittegolf. En dan nu doorpakken en je volledige verantwoordelijkheid nemen zou ik zeggen, in plaats van je te verschuilen achter dooddoeners als ‘daar heb je Rupsje Nooit Genoeg weer’ en wij doen het al zoveel beter in Nederland dan in het buitenland.