Steun in Kamer voor verbeterde Wet dierproeven

Wat de Dierenbescherming hoopte is gebeurd: donderdagavond was er steun in de Tweede Kamer voor het voorstel van staatsecretaris Dijksma voor een nieuwe Wet op de dierproeven die een duidelijke verbetering inhoudt ten opzichte van nu.
Steun in Kamer voor verbeterde Wet dierproeven

De wet zal in heel Europa gaan gelden. Over twee weken wordt duidelijk hoe de wet er precies uit gaat zien in Nederland. Dan wordt gestemd over allerlei moties en amendementen. Dijksma komt dan nog voor het kerstreces met een concreet plan van aanpak.

Tijdens de plenaire behandeling van de wet in de Tweede Kamer werd al wel duidelijk dat de VVD vrijwel alleen staat in haar visie dat Nederland geen strengere regels mag hebben om het grote aantal proefdieren terug te dringen. Die extra verworvenheden in de Nederlandse wet zouden oneerlijke concurrentie voor bedrijven inhouden, vinden de liberalen. De Dierenbescherming is blij dat de staatssecretaris, de PvdD, de SP, D66 en de PvdA best een schepje bovenop de Europese regelgeving willen doen om de koppositie van Nederland op het gebied van proefdieren in Europa te benadrukken.

Centrale Commissie Dierproeven

De Centrale Commissie Dierproeven (CCD) die voortaan elk project met dierproeven moet gaan toetsen komt er ook. De besluiten van die commissie vallen onder de Wet openbaarheid van bestuur, waardoor inzage kan worden gekregen in de overwegingen bij een vergunningverlening voor een dierproef. Dit is iets wat de Dierenbescherming heeft bepleit en vonden ook de PvdA, PvdD en PVV absolute winst.

Verder wordt een landelijke databank ingericht waarin alle dierproeven worden geregistreerd. Een goede zaak vindt de Dierenbescherming, want daarmee kan worden voorkomen dat dierproeven dubbel worden gedaan. Om het welzijn van dieren tijdens proeven in de gaten te houden is afgesproken dat iedere instelling die proeven doet een 'Instantie voor Dierenwelzijn' (IvD) moet aanwijzen. Hierin zitten weliswaar gewoon werknemers van zo'n instelling, maar de angst dat zij zich zouden laten weerhouden misstanden van hun baas te melden is niet terecht. Volgens de staatssecretaris kunnen leden misstanden namelijk anoniem melden en bedrijven kunnen hun vergunning kwijtraken als zij de IvD tegenwerken.

Duidelijke stap voorwaarts

Het fundament van de nieuwe wet is een duidelijke stap voorwaarts. Zo zal er meer aandacht zijn voor het inzetten van alternatieven voor dierproeven, iets waar de Dierenbescherming zich al jaren sterk voor maakt, bijvoorbeeld door wetenschappers te lauweren die zich op dit gebied onderscheiden. De 'Lef in het lab-prijs' werd onlangs nog toegekend aan Huub Schellekens.

De Dierenbescherming ziet haar pleidooi voor 'vermindering' van het aantal dieren dat wordt gebruikt in proeven gehonoreerd, evenals de zogenaamde 'verfijning' door bijvoorbeeld in de onderzoeksopzet te zorgen voor minder pijn, leed en stress bij de dieren. Samen met de alternatieven, de 'vervanging', krijgen de drie V's waar de Dierenbescherming zo lang voor heeft gestreden een prominente plaats in het nieuwe wetsvoorstel.

De Dierenbescherming bepleit ook sinds mensenheugenis dat er meer transparantie moet komen over het gebruik van proefdieren. "Met de in de wet voorgestelde komst van de Centrale Commissie Dierproeven, die als een soort 'waakhond' het werk van de zogeheten Dierexperimentencommissies (DEC's) gaat monitoren, wordt een belangrijke stap gezet," vindt Frank Dales, directeur van de Dierenbescherming

Integriteit handhaven

In een brief aan de Tweede Kamer kraakte de Dierenbescherming wel een kritische noot als het gaat om de toetsingscriteria van dierproeven. In Nederland is het de gewoonte om naast gezondheid en welzijn ook de 'integriteit' van het dier mee te wegen. Een moeilijk uit te leggen begrip, dat eenvoudig gezegd staat voor respect voor de heelheid en gaafheid van het dier. Nederlandse wetgeving gaat daarom ook uit van de 'intrinsieke - of eigenwaarde' van een dier, die los staat van zijn nut of schadelijkheid voor de mens. Van Brussel hoeft dit aspect geen plaats in de wet te krijgen, de Dierenbescherming vindt uiteraard van wel.

De Dierenbescherming vindt het tenslotte te prijzen dat ook fokkers en toeleveranciers van proefdieren in het wetsvoorstel meer verantwoordelijkheden en plichten krijgen dan nu. "De wet gaat veel meer dan voorheen uit van de hele keten waarmee een proefdier te maken heeft tijdens zijn leven. Van opfok tot de eventuele uitplaatsing na een proef,” besluit Dales.