Hoe denkt de Dierenbescherming over veemarkten?
Veemarkten zijn niet meer van deze tijd en moeten worden afgeschaft. Het inladen, vervoeren, uitladen, het verblijf op de veemarkt, weer inladen, vervoer en weer uitladen, geeft te veel stress voor de dieren. Zolang bedrijven niet gesloten zijn of in één-op-één-relaties werken, moet de handel dan ook zo veel mogelijk via moderne informatie- en communicatietechniek plaatsvinden. Een dier zou niet meer dan twee maal verplaatst mogen worden: naar een andere veehouderij en naar het slachthuis.
Waarom is kreeften koken dieronvriendelijk?
De Dierenbescherming wijst het onbedwelmd, levend koken en het levend doormidden snijden van kreeften af. Omdat een kreeft vrij groot is en een dik pantser heeft, duurt het tenminste dertig seconden voor de kreeft dood is. Je ziet dan ook dat de kreeft reageert op de hitte door te proberen om te ontsnappen. Bij het levend doorsnijden verzetten de dieren zich ook heftig. De meest humane methode is het elektrocuteren van de kreeft in een waterbad. Het dier raakt bedwelmd en kan daarna snel gekookt worden, zonder weer bij te komen. Er is geen wetgeving voor het doden van kreeften in Nederland en de Europese Unie. De Dierenbescherming zet zich al jaren in voor het invullen van wetgeving voor het doden van kreeften (en ook vissen). Wel zijn er onlangs elektrische bedwelmingsapparaten op de markt gebracht waarvan de fabrikanten claimen dat kreeftachtigen in deze apparaten op een juiste manier bedwelmd worden, voordat ze gekookt worden. De Dierenbescherming vindt echter dat er eerst gedegen wetenschappelijk onderzoek gedaan moet worden voordat deze apparaten in gebruik kunnen worden genomen.
Waarom zou ik geen bontjas mogen dragen?
Om je mooi en warm aan te kleden, heb je geen bont nodig. Bont is afkomstig van dieren die hier speciaal voor worden gefokt in de bio-industrie, die worden gevangen in wildklemmen, of die worden doodgeslagen. Deze dieren lijden extreem en worden gedood voor een zinloos modeproduct. Veel mensen beseffen niet dat ze echt bont aan hun kleding dragen. Koop dus geen producten waarin bont is verwerkt: geen bontjassen, maar ook geen jassen met bontkragen of laarzen met bontrandjes. Als je niet zeker weet of je met echt bont of nepbont te maken hebt, doe dan de bonttest. Bij twijfel adviseren wij: niet kopen! Meer over bont lees je op de site van Bont voor Dieren.
Wat houdt de term 'vee-industrie’ in?
In Nederland worden jaarlijks meer dan 450 miljoen dieren voor de consumptie gehouden. Ruim 95% hiervan leeft in de intensieve veehouderij, de vee-industrie, waarbij dieren volkomen geïndustrialiseerd tegen zo laag mogelijke kosten zo veel mogelijk moeten produceren. Het gevolg is een leven vol stress, pijn en verveling. Denk daarbij aan de absurd snelle groei en het ruimtegebrek bij vlees- en legkippen, ruimtegebrek en stress bij varkens en bloedarmoede en transportproblematiek bij kalveren. De veehouderij is de afgelopen decennia steeds verder geïndustrialiseerd. De dieren in deze industrie zijn meer en meer verworden tot dingen, productiemiddelen. Wij willen deze ontwikkeling ombuigen. Er moet letterlijk en figuurlijk veel meer ruimte komen voor dierenwelzijn. De veehouderij dient zich meer te richten op het creëren van 'vlees, zuivel en eieren met meerwaarde', waarbij die meerwaarde ook slaat op beter dierenwelzijn.
Wat is het Beter Leven keurmerk?
Het Beter Leven keurmerk geeft door middel van een sterrensysteem aan hoe diervriendelijk vlees, kip en eieren zijn. Hoe meer sterren, des te diervriendelijker het product is. Helaas wordt nog geen 1% van de jaarlijks 450 miljoen dieren in de Nederlandse veehouderij in diervriendelijkere systemen als biologisch gehouden. Om ook voor die overige 99% van het vee verbeteringen te bewerkstelligen, heeft de Dierenbescherming in 2007 het sterrensysteem van het Beter Leven keurmerk geïntroduceerd. Bij één ster bijvoorbeeld krijgt een kuiken meer tijd om te groeien en meer ruimte en afleiding. Bij twee sterren krijgt een varken stro en een uitloop naar buiten. Drie sterren is het meest diervriendelijk en vergelijkbaar of gelijk aan biologisch.
Wat vindt de Dierenbescherming van onverdoofd slachten?
De Dierenbescherming vindt dat het onverdoofd slachten van dieren verboden moet worden en heeft daar dan ook nationaal en internationaal voor gepleit.
Onverdoofd slachten is heel stressvol en pijnlijk: de dieren worden op hun zij of rug gelegd en het aansnijden van de keel is pijnlijk. Afhankelijk van de diersoort en de wijze waarop de keel wordt doorgesneden, kan het enkele tot tientallen seconden duren voor het dier buiten bewustzijn is.
Jammer genoeg staan de orthodox Joodse gemeenschap en een deel van de Islamitische gemeenschap niet open voor bedwelmd slachten. Daar staat tegenover dat een groot deel van de Islamitische gemeenschap mede dankzij inzet van de Dierenbescherming wel akkoord is met bedwelmen voorafgaand aan het slachten. Er wordt dan gekozen voor ‘reversibele bedwelming’, een bedwelming waar het dier in principe weer uit kan ontwaken.Wetsvoorstel
Momenteel ligt er een wetsvoorstel van de Partij voor de Dieren, om onbedwelmd slachten te verbieden. Een eerdere poging hiertoe werd in 2011 in de Eerste Kamer tegen gehouden. Vervolgens werd het Convenant onbedwelmd slacht volgens religieuze riten gesloten, maar dit zorgde niet voor een verbetering van dierenwelzijn.
Sinds 2016 is er wel een aantal maatregelen door de overheid genomen. Als een dier na 40 seconden niet buiten bewustzijn is, moeten ze het alsnog bedwelmen. De Dierenbescherming vindt 40 seconden waarin het dier bij bewustzijn met de dood strijdt onaanvaardbaar. Zolang onbedwelmd slachten mag, bepleiten we dat het dier na de halssnede alsnog direct bedwelmd wordt.Duidelijke vermelding
Helaas kun je aan het predicaat ‘halal’ (= voldoend aan de Islamitische voorschriften) op vlees niet zien of er sprake is van bedwelmde of onbedwelmde slacht. Ook is het mogelijk dat vlees van onbedwelmd geslachte dieren zonder halal of koosjer keurmerk wordt verkocht. Daarom dringt de Dierenbescherming er op aan dat dit duidelijk op het vlees vermeld wordt, zodat mensen niet ongewild vlees kopen van onbedwelmd geslachte dieren. Dit is door de politiek ook afgesproken in overleg met de convenantpartners, maar tot op heden is dergelijke etikettering nog niet geregeld. Op verzoek van de Dierenbescherming hebben de supermarkten geregeld dat zij alleen halal-vlees verkopen van bedwelmd geslachte dieren.Binnen het Beter Leven keurmerk is onverdoofd slachten niet toegestaan.
Wat vindt de Dierenbescherming van veetransport?
Levende dieren moeten zo weinig mogelijk vervoerd worden. Alleen al het klaarmaken voor transport en het in- en uitladen veroorzaken veel angst en stress. Tijdens veetransport vindt veel dierenleed plaats en tijdens langdurig veetransport raken veel dieren uitgeput, gewond, ziek, of sterven zelfs. Onnodig vervoer van levende dieren van het ene bedrijf naar het andere moet ophouden. In plaats daarvan moeten er gecombineerde bedrijven komen, waar dieren hun hele leven blijven. Een transportduur voor slachtvee van acht uur is voor de Dierenbescherming het absolute maximum. De Dierenbescherming zet zich samen met haar Europese koepel, Eurogroup for Animals, in voor aanscherping en betere naleving van de transportregels. Op grond van onderzoeken van de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming zijn klachten ingediend bij de Europese Unie. Die werkt nu aan herziening van de welzijnsvoorschriften voor diertransporten in Europa.
Zijn witte eieren altijd kooi-eieren?
Witte eieren zijn lang niet altijd kooi-eieren, maar kunnen ook het Beter Leven keurmerk 1, 2 of 3 ster dragen. Veel mensen denken dat witte eieren uit kooien komen. Dit idee is ontstaan toen scharreleieren geïntroduceerd werden, rond 1970. Deze scharreleieren waren een diervriendelijker alternatief voor de kooi- oftewel legbatterij-eieren die toen nog op grote schaal in de supermarkt te koop waren. Deze eieren waren allemaal wit. Om onderscheidend te zijn werden voor scharreleieren, bruine eieren gebruikt. Hierdoor hebben veel mensen nu nog steeds een negatieve associatie bij witte eieren.
Tegenwoordig zijn er kippenrassen die witte eieren leggen en onder andere geselecteerd zijn op minder verenpikgedrag. Dat maakt ze heel geschikt om met hele (onbehandelde) snavels in diervriendelijke systemen te houden. Zacht verenpikken naar de veren van een andere kip is normaal sociaal gedrag van kippen. Maar door verveling, een grote groepsgrootte, weinig bewegingsruimte, en de aard van het dier, kan dit zachte verenpikken doorslaan naar intensief pikken met verwondingen tot gevolg.
Welke kleur ei een kip legt kan je zien aan haar oorlellen. Kippen met witte oorlellen leggen witte eieren, en kippen met rode oorlellen leggen bruine eieren. De ei-kleur zegt tegenwoordig dus helemaal niets over het systeem waarin de dieren gehouden zijn.