Dierenbescherming vreest voor verborgen dierenleed onder Nederlandse huisdieren
Veel Nederlanders hebben een of meerdere huisdieren. Met 1,8 miljoen honden, 3,2 miljoen katten, 1,6 zang- en siervogels en bijna 1 miljoen konijnen en knaagdieren (*1) kun je stellen dat we dol zijn op huisdieren. In deze tijden van stijgende kosten, vaste lasten en inflatie maakt de Dierenbescherming zich zorgen over het welzijn van deze dieren. Dreigen zij de dupe te worden van de huidige economische situatie?
Zorgen om verborgen dierenleed
Hoewel concrete cijfers over dieren en eigenaren in nood ontbreken, zijn de signalen die de Dierenbescherming opvangt zorgwekkend. Dierenvoedselbanken kunnen niet meer aan de vraag van baasjes in de knel voldoen en dierenartsen zeggen te merken dat voor diereigenaren de drempel voor het maken van een dierenartsafspraak steeds hoger wordt. Dierenopvangcentra van de Dierenbescherming zien al langere tijd meer (zwerf)dieren met achterstallige zorg zoals verwaarloosde gebitten en vachten binnenkomen en ook in de media komen we schrijnende verhalen tegen over dieren en eigenaren die samen een boterham delen omdat de middelen er niet (meer) zijn om voedsel te kopen. We maken ons zorgen om dit verborgen dierenleed, maar een kant-en-klare oplossing aandragen is lastig en stelt ook de Dierenbescherming voor uitdagingen.
Tips voor huisdiereigenaren
De Dierenbescherming volgt de ontwikkelingen op de voet en denkt na over passende oplossingen. Voor nu kunnen we ons inzetten voor lokale voedselbanken en een aantal tips delen voor huisdiereigenaren. Ook verwijzen we je voor meer informatie graag door naar onze veelgestelde vragen over 'dier en geld'.
*1 Bron Huisdierenpopulatieonderzoek van de Nederlandse Voedingsindustrie Gezelschapsdieren (NVG) en Dibevo.